Tekst: Caroline Ludwig
Fotografie : Bas Adriaans (portret) en Jort Stengs
Een halve eeuw Wijkoverleg Statenkwartier
Samen de schouders eronder
Binnen het Statenkwartier zijn ruim honderd enthousiaste vrijwilligers actief om hun wijk nog fijner, veiliger, groener, actiever en gezelliger te maken. Twee van hen zijn Marjolein de Jong (voorzitter) en Ottilie Cools (secretaris). Ze vertellen over de inzet van Wijkoverleg Statenkwartier.
De diversiteit van het Statenkwartier wordt weerspiegeld in de straten waar vele talen klinken en waar het aanbod gevarieerd is. Bovenal is er eenheid: in de architectuur, de omgang met elkaar en onder de vele vrijwilligers die zich belangeloos inzetten voor hun directe omgeving.
Gefeliciteerd, het Wijkoverleg Statenkwartier bestaat dit jaar een halve eeuw. Wanneer maakte je voor het eerst kennis met het Wijkoverleg?
Marjolein de Jong: “Sinds 1999 woon ik in het Statenkwartier. Als wethouder van de gemeente Den Haag werd ik geïnterviewd voor de Statenkoerier. Dat was het blad dat het Wijkoverleg vele jaren huis-aan-huis verspreidde. Zeven jaar geleden, toen ik was afgezwaaid als wethouder, benaderde de toenmalige voorzitter mij om zijn functie over te nemen.”
Ottilie Cools: “Tussen 1978 en 1986 woonde ik met mijn ouders in de wijk. Na 23 jaar in het buitenland keerde ik in 2018 samen met mijn gezin terug. Het Wijkoverleg zocht een ‘expat liaison’ om internationals in de wijk te bereiken en hun band met het Statenkwartier te versterken. Gezien mijn ervaring sloot ik me aan bij de werkgroep Communicatie. Ik beheer de website en richtte de Engelse Facebookpagina op. Later werd ik secretaris en bleef ik de rol van intermediair voor de internationale community vervullen.”
Hoe zouden jullie het Statenkwartier typeren?
Ottilie: “Toen ik zes jaar geleden terugkwam in Nederland vond ik het Statenkwartier in positieve zin veranderd. Het is nu veel wereldser en ik ben blij met de leuke horeca en terrassen. Daardoor is de wijk een stuk levendiger dan in mijn middelbareschooltijd. 49% van de bewoners heeft een internationale achtergrond. Dat hoor je terug aan de talen op straat en merk je aan het horeca-aanbod.”
Marjolein: “Dit is een wijk met statige huizen en lanen, de naam zegt het al. De afgelopen 20 jaar zijn er veel gezinnen komen wonen, daardoor zijn de bewoners divers qua leeftijd. Van oudsher is dit een buurt met veel mensen uit voormalig Nederlands-Indië en Indonesië. Op straat zeggen mensen elkaar gedag; ik voel me hier altijd op mijn gemak.”
Welke rol en taken heeft het Wijkoverleg?
Marjolein: “We vormen de schakel tussen de gemeente, stadsdeelkantoor Scheveningen en de tienduizend bewoners van het Statenkwartier. We willen dat inwoners en ondernemers prettig kunnen wonen, werken en leven in onze wijk. Als Wijkoverleg dragen we hier actief aan bij. Hoe we daar komen en wat dit concreet oplevert, hebben we omschreven in onze Wijkvisie Statenkwartier 2028. Ik ben trots op al die mensen die hier kneiterhard voor werken. Hopelijk is het een inspiratie voor andere Haagse wijken.”
Wat opvalt zijn de vele bewonersinitiatieven. Wat zegt dit over de wijk?
Ottilie: “Er zijn ruim honderd vrijwilligers die zich inzetten binnen het Statenkwartier. Van het wijkfeest tot groene plantsoenen en van 30 kilometer-schoolzones tot initiatieven voor buurttuintjes en bankjes. Als je het ergens naar je zin hebt, wil je graag bijdragen aan je wijk. Als Wijkoverleg staan we altijd open voor nieuwe initiatieven.”
Het Wijkoverleg is er niet alleen voor feestelijke aangelegenheden. Jullie behartigen ook de belangen van de bewoners in relatie tot de gemeente en andere instanties. Zo heeft bijvoorbeeld de NAVO-top in juni 2025 grote gevolgen voor de bewoners.
Marjolein: “Sinds begin van dit jaar zijn we met de gemeente in overleg hoe we de top voor bewoners zo aangenaam mogelijk kunnen maken. We worden helemaal meegenomen in de voorbereidingen en proberen de overlast voor bewoners te beperken. Als Wijkoverleg hebben we ook een rol in de communicatie. Natuurlijk komt er overlast, maar ik zie ook positieve effecten, zoals kansen voor de horeca en voor verhuur van kamers door bewoners. Ik vind het stoer dat onze wijk dit kan.”